De tijd dat verschillende rechtsgebieden door een soort van "ijzeren gordijn" van elkaar wer-den gescheiden, ligt ver achter ons. Het gedachtengoed van het ene rechtsgebied be�nvloedt rechtstreeks het denken op het andere. Dit komt onder meer in de wetgeving tot uiting door het gebruik van zogenoemde schakelbepalingen, waardoor verschillende wetgevingscomplexen met elkaar worden verbonden. Omdat die verbondenheid zich veelal in concrete casus profileert, wordt de schakeling tussen wetgevingscomplexen veelal in eerste instantie door de rechter ge�nitieerd. Een bekend voorbeeld vormt het arrest van de Hoge Raad inzake Amster-dam-Ikon als initiator voor artikel 3:2 Awb en 3:14 BW. Vaak blijft de verhouding vervolgens ook een zaak van jurisprudentie; denkbaar is ook dat de wetgever de materie naar zich toe-trekt door (nadere) regeling.