Abstract
vergoeding van kosten die een belastingplichtige heeft moeten maken om in een fiscaal-rechtelijk geschil zijn recht te krijgen, is geen eenvoudige zaak. De rol van de civiele rechter is daarbij van groot belang. In deze bijdrage een overzicht van het leerstuk van de onrechtmatige overheidsdaad, gevolgd door een bespreking van het arrest Boeder/Staat. Ook in de bezwaarfase gemaakte kosten komen in principe voor vergoeding in aanmerking. Er wordt ingegaan op de reactie van de staatssecretaris, die in wezen aan het arrest voorbij gaat. Verder wordt aandacht besteed aan de te verwachten invoering van hoofdstuk 8 van de Awb en de gevolgen die deze invoering heeft voor vergoeding van kosten (art. 8:73 en 8:75 Awb). Ten slotte is te verwachten dat de wetgever nog verder zal ingrijpen om een en ander in goede banene te leiden.
Original language | Dutch |
---|---|
Pages (from-to) | 925-943 |
Number of pages | 19 |
Journal | Weekblad voor Fiscaal Recht |
Volume | 127 |
Issue number | 1998/6298 |
Publication status | Published - 1998 |