Bewijsrechtelijke grenzen voor rapporten van de Onderzoeksraad voor veiligheid

T. Kooijmans, T.F.E. Tjong Tjin Tai, B.W.N. de Waard

Research output: Contribution to journalArticleScientificpeer-review

541 Downloads (Pure)

Abstract

Als er een ramp plaatsvindt, wil iedereen die zich er bij betrokken voelt, antwoord op de vraag hoe dat heeft kunnen gebeuren. Maar niet iedereen die dat wil weten heeft dezelfde motieven. Wil men een schuldige kunnen aanwijzen, of wil men voorkomen dat een dergelijke ramp zich zal herhalen? Wat de Onderzoeksraad voor veiligheid betreft is de opdracht duidelijk: de blik van de Onderzoeksraad is op de toekomst gericht. In een gerechtelijke procedure mogen (onder meer) ‘verklaringen van personen, afgelegd in het kader van het onderzoek van de raad’ dan ook niet als bewijs worden gebruikt. Het zou namelijk onwenselijk zijn als betrokkenen bevreesd zouden zijn openheid van zaken te geven uit vrees voor aansprakelijkstelling of vervolging. De betekenis van dit in artikel 69 Rijkswet Onderzoeksraad voor veiligheid neergelegde verbod blijkt, niettegenstaande de heldere ratio ervan, tamelijk gecompliceerd te zijn.
Original languageDutch
Article number247
Pages (from-to)296-305
Number of pages10
JournalNederlands Juristenblad
Volume2015
Issue number5
Publication statusPublished - 2015

Cite this