De mensen achter de grote getallen: Een empirisch-juridisch onderzoek naar de belangen van benadeelden in situaties van massaschade

Research output: ThesisDoctoral Thesis

292 Downloads (Pure)

Abstract

Massaschade komt de laatste jaren geregeld voor. De ramp met vlucht MH17, het giftige Chroom VI, de aardbevingen in Groningen, lekkende borstimplantaten, het seksueel misbruik in de Rooms-Katholieke kerk: steeds berokkenen één of enkele partijen schade aan vele benadeelden. Bij de afwikkeling van massaschade wordt het recht geconfronteerd met deze grote aantallen en worden collectieve procedures opgetuigd. Hoe ervaren benadeelden deze collectieve afwikkelingstrajecten? Brengen ze hun waar ze behoefte aan hebben? Wat zijn de drijfveren van deze gedupeerden om een traject in te gaan eigenlijk? En wat betekent dit vervolgens voor juridische regels en gangbare praktijken omtrent een collectieve afwikkeling van massaschade?
Dit onderzoek geeft antwoord op deze vragen. Bestaande kennis over belangen van benadeelden wordt gebundeld in een literatuurstudie; vervolgens wordt daar nieuwe kennis aan toegevoegd aan de hand van drie interviewstudies. Slachtoffers van de DSB-bank, van seksueel misbruik in de Rooms-Katholieke Kerk en het DES-hormoon zijn bevraagd op hun drijfveren, ervaringen en tevredenheid met het door hen doorlopen afwikkelingstraject.
Waar juristen vaak in termen van financiële compensatie denken, blijken er bij benadeelden veel meer motieven, van immateriële aard, te spelen. Zo zijn veel benadeelden op zoek naar erkenning, willen ze voorkomen dat een ander hetzelfde overkomt of hebben ze de behoefte om de schadeveroorzaker te straffen of ter verantwoording te roepen. Een geldbedrag heeft dan veel meer een symbolische betekenis. Het feit dat de benadeelde niet de enige is die schade heeft geleden, biedt opluchting en troost voor benadeelden en lijkt te kunnen bijdragen aan het vervullen van hun drijfveren. In het kader van het afwikkelingstraject vinden benadeelden het van belang gehoord te worden en willen ze informatie – in begrijpelijke taal - over het traject. Ze hebben begrip voor het gegeven dat er bij de afwikkeling van massaschade met een verdeelsleutel wordt gewerkt, maar vinden het van belang dat de verdeelsleutel aansluit bij hoe zij de schade beleefd hebben.
Deze inzichten leiden tot de aanbeveling voor juristen betrokken bij de afwikkeling van massaschade om niet enkel het herstel van de benadeelde in zijn vermogenspositie tot uitgangspunt te nemen. Dat heeft gevolgen voor de invulling van het schadebegrip, de wijze van schadeberekening en de partijautonomie in situaties van massaschade. Het feit dat massaschade vaak buiten de rechter om wordt afgewikkeld biedt mogelijkheden. Betrokken partijen hebben zo ruimte om maatregelen en faciliteiten op te nemen in collectieve schadeafwikkelingstrajecten die meer aandacht geven aan andere belangen van benadeelden dan financiële compensatie. Door een samenwerking van alle spelers die zich op het terrein van de afwikkeling van massaschade begeven kunnen ‘best practices’ ontwikkeld worden die meer tegemoetkomen aan waar het benadeelden om te doen is.

_

Mass damage is a regular occurrence in the recent years. The disaster with flight MH 17, the toxic Chromium VI, the earthquakes in Groningen, leaking breast implants, the sexual abuse in the Roman Catholic Church: each time one or a few parties cause damage to many injured parties. When settling such mass harm incidents, the law is confronted with these large numbers and collective procedures are set up. How do tort victims experience these collective settlement processes? Do they bring them what they need? What actually motivates these victims to enter a trajectory? And what does this then mean for legal rules and common practices regarding collective settlement of mass damages?
This research provides answers to these questions. Existing knowledge abouts the needs of victims is compiled in a literature study; subsequently, new knowledge is added on the basis of three interview studies. Victims of the DSB bank, sexual abuse in the Roman Catholic Church and the DES hormone were questioned about their motives, experiences and satisfaction with the settlement process they went through.
Whereas lawyers often think in terms of financial compensation, tort victims appear to have many more motives, of an immaterial nature. For example, many tort victims are looking for recognition, want to prevent the same thing from happening to someone else, or feel the need to punish or call the party that caused the damage to account. A sum of money then has much more of a symbolic meaning. The fact that the victim is not the only one who has suffered the damage provides relief and comfort for tort victims and seems to be able to contribute to fulfilling their motives. As part of the settlement process, injured parties find it important to be heard and want information – in understandable language – about the process. They have understanding for the fact that in the settlement of mass harm a distribution key is used, but find it important that the key is in line with how they have experienced the damages.
These insights lead to the recommendation for lawyers involved in the settlement of mass damages to not only take as their starting point the restoration of the tort victim’s asset position. This has implications for the interpretation of the concept of damages, the method of calculating damages and party autonomy in situations of mass harm. The fact that mass damage is often settled out of court offers opportunities. Involved parties thus have room to include measures and facilities in collective claims settlement processes that pay more attention to the needs of tort victims other than financial compensation. Through collaboration between all players involved in the settlement of mass claims, best practices can be developed that better meet the needs of the injured parties.
Original languageDutch
Awarding Institution
  • Tilburg University
Supervisors/Advisors
  • Tzankova, Ianika, Promotor
  • Groenhuijsen, Marc, Promotor
Award date2 Feb 2024
Publisher
Print ISBNs 978-94-6212-883-5
Electronic ISBNs 978-94-0011-379-4
Publication statusPublished - 2 Feb 2024

Cite this