Abstract
Ter verhoging van de kwaliteit van zorg en kwaliteit van leven van mensen met een verstandelijke beperking is er toenemende aandacht voor het ontwikkelen, delen en toepassen van kennis. Meer en intensievere samenwerking tussen wetenschap en praktijk is nodig, niet alleen om te komen tot optimale kennisdeling, maar ook om optimale kennisontwikkeling te realiseren (Embregts, 2017). Hoe kunnen we in nauwe samenwerking met hulpverleners, mensen met een verstandelijke beperking zelf en hun naasten, antwoorden vinden op onderzoeksvragen? Hoe bouwen we in gelijkwaardigheid aan verbindingen tussen praktijk, opleiden en wetenschap om nieuwe kennis te ontwikkelen en te delen? In zijn artikel ‘Wetenschappelijk onderzoek in de zorg voor mensen met verstandelijke beperkingen’ gaat Moonen in op de kwaliteit van wetenschappelijk bewijs (c.q. ontwikkelde kennis). Aan de (overigens terechte) vraag of onderzoeksresultaten sterke dan wel lage bewijskracht hebben, gaan echter twee vragen vooraf wanneer het gaat om onderbouwde en cliëntgerichte zorg: 1) op welke thema’s wordt onderzoek uitgevoerd? en 2) welke kennisbronnen worden hierbij benut?
Original language | Dutch |
---|---|
Pages (from-to) | 119-123 |
Journal | NTZ: Nederlands Tijdschrift voor de Zorg aan Mensen met Verstandelijke Beperkingen |
Volume | 2018 |
Issue number | 2 |
Publication status | Published - 2018 |