Abstract
Na op zijn minst enige voorbereidingstijd is het lang verwachte datamining rapport van de Registratiekamer verschenen. Onder de titel 'Gouden bergen van gegevens; over datawarehousing, datamining en privacy' wordt in het tiende nummer van de Achtergrondstudies en Verkenningen (A&V) van de Registratiekamer ingegaan op datamining, op het juridisch kader en - verassend of niet - op Privacy Enhancing Technologies. In hoofdstuk 2 van de A&V-studie wordt een beeld geschetst van het juridische kader van de EU-Privacyrichtlijn en het wetsvoorstel voor de Wet bescherming persoonsgegevens (WBP). Het gaat in dat tweede hoofdstuk om - om het zo maar te zeggen - het model van de Wet bescherming persoonsgegevens in de ogen van de Registratiekamer. Hieronder een confrontatie tussen regelgeving, modellen en praktijk. Aan de hand van een drietal voorbeelden zal het door de Registratiekamer in de A&V-studie over datamining neergelegde toetsingsschema van EU-Privacyrichtlijn en het wetsvoorstel WBP een (eerste) praktijktoets ondergaan. Nadruk zal daarbij liggen op de materiële voorschriften. Vooral de vraag dus of en wanneer er sprake is van behoorlijke, zorgvuldige en rechtmatige verwerking van persoonsgegevens. Onze aandacht zal, aan de hand van een drietal voorbeelden, meerendeels uitgaan naar de grondslagen voor het verwerken van gegevens bij direct-marketing en de vereiste informering van de betrokkenen. Een spel van woord en wederwoord. Specialisten en universiteit hieronder in een verkennende discussie van de praktijk van het gebruik van gegevens voor marketing in, zoals juristen dat zo kunnen zeggen, het licht van de EU-Privacyrichtlijn en het WBP-voorstel.
Original language | Dutch |
---|---|
Pages (from-to) | 196-204 |
Number of pages | 8 |
Journal | Privacy en informatie |
Volume | 5 |
Publication status | Published - 1998 |