Abstract
Observe the Present, Evaluate the Past, Assess the Future
Multidisciplinary routine outcome monitoring and inpatient violence risk assessment with the Instrument for Forensic Treatment Evaluation (IFTE)
Het doel van dit proefschrift is de psychometrische kwaliteiten van het Instrument voor Forensische Behandelevaluatie (IFBE) te onderzoeken, zodat het op valide wijze als ROM-instrument gebruikt kan worden in de forensische psychiatrie. Vervolgens wordt in dit proefschrift getoetst of veranderingen in criminogene behoeften van de tbs-patiënt van meerwaarde zijn voor het inschatten van het risico op intramuraal geweld. Ten slotte wordt het klinisch oordeel over veranderingen bij een patiënt vergeleken met de berekende verandering op het IFBE, en beide worden vergeleken met veranderingen in intramuraal geweld.
In de forensische psychiatrie is nog geen geschikt multidisciplinair ROM-instrument (routine outcome monitoring) beschikbaar, terwijl uit de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) al duidelijk is dat er veel gunstige effecten van ROM voor patiënt en behandelaar zijn. Het IFBE is ontwikkeld omdat de doelen in de forensische psychiatrie anders zijn dan in de GGZ, waardoor de ROM-instrumenten van de GGZ niet één-op-één geschikt zijn voor de forensische psychiatrie. Het belangrijkste doel in de forensische psychiatrie is het verminderen van het risico op een recidive. Het IFBE bestaat daarom uit 22 items die een relatie hebben met het risico op recidive. De 22 items zijn verdeeld over 3 factoren: Beschermende factoren, Probleemgedrag en Resocialisatie vaardigheden. Het IFBE wordt door alle behandelaars die betrokken zijn bij de behandeling twee tot drie keer per jaar, onafhankelijk van elkaar, ingevuld wat ongeveer 10 minuten in beslag neemt.
Het IFBE is onder andere geïmplementeerd in het Forensisch Psychiatrisch Centrum Dr. S. van Mesdag, één van de grootste tbs-instellingen van Nederland. De data voor dit proefschrift zijn op naturalistische retrospectieve wijze verzameld in deze instelling. De psychometrische kwaliteiten van het IFBE voldoen aan meerdere criteria opgesteld door de Commissie Testaangelegenheden Nederland (COTAN). Dit impliceert dat het IFBE een veelbelovend instrument is om te gebruiken in de Nederlandse forensische psychiatrie. Op basis van de scores op het IFBE zijn patiënten te verdelen in groepen met een hoog en laag risico op geweld op korte termijn in de instelling, wat informatief is voor risicomanagement doeleinden. Veranderingen in dynamische risico indicatoren (criminogene behoeften) van patiënten hebben geen meerwaarde bovenop de laatste meting van het IFBE voor het voorspellen van geweld op korte termijn. De aanbeveling is daarom om regelmatig te blijven meten om het risico goed te monitoren.
Veranderingen gemeten met het IFBE zijn meer in overeenstemming met veranderingen in de aanwezigheid van geweld, dan het klinisch oordeel van de behandelaar. Behandelaars zijn over het algemeen positiever over de gemaakte verandering van de patiënt dan het IFBE laat zien. Het advies aan behandelaars is dan ook om met behulp van het IFBE, veranderingen vast te stellen in plaats van alleen op basis van het klinisch oordeel, omdat anders patiënten meer verantwoordelijkheden kunnen krijgen dan dat zij in werkelijkheid aankunnen, wat het risico op geweld verhoogt.
Concluderend laat dit proefschrift zien dat het IFBE zeer goed gebruikt kan worden als een efficiënt multidisciplinair forensisch ROM-instrument. Het IFBE kan helpen bepalen welke patiënten een risico vormen voor intramuraal geweld, het kan helpen bepalen welke factoren behandeld moeten worden om het risico op (intramuraal) geweld te verminderen en het IFBE kan de voortgang van de forensisch psychiatrische behandeling gestructureerd monitoren.
Multidisciplinary routine outcome monitoring and inpatient violence risk assessment with the Instrument for Forensic Treatment Evaluation (IFTE)
Het doel van dit proefschrift is de psychometrische kwaliteiten van het Instrument voor Forensische Behandelevaluatie (IFBE) te onderzoeken, zodat het op valide wijze als ROM-instrument gebruikt kan worden in de forensische psychiatrie. Vervolgens wordt in dit proefschrift getoetst of veranderingen in criminogene behoeften van de tbs-patiënt van meerwaarde zijn voor het inschatten van het risico op intramuraal geweld. Ten slotte wordt het klinisch oordeel over veranderingen bij een patiënt vergeleken met de berekende verandering op het IFBE, en beide worden vergeleken met veranderingen in intramuraal geweld.
In de forensische psychiatrie is nog geen geschikt multidisciplinair ROM-instrument (routine outcome monitoring) beschikbaar, terwijl uit de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) al duidelijk is dat er veel gunstige effecten van ROM voor patiënt en behandelaar zijn. Het IFBE is ontwikkeld omdat de doelen in de forensische psychiatrie anders zijn dan in de GGZ, waardoor de ROM-instrumenten van de GGZ niet één-op-één geschikt zijn voor de forensische psychiatrie. Het belangrijkste doel in de forensische psychiatrie is het verminderen van het risico op een recidive. Het IFBE bestaat daarom uit 22 items die een relatie hebben met het risico op recidive. De 22 items zijn verdeeld over 3 factoren: Beschermende factoren, Probleemgedrag en Resocialisatie vaardigheden. Het IFBE wordt door alle behandelaars die betrokken zijn bij de behandeling twee tot drie keer per jaar, onafhankelijk van elkaar, ingevuld wat ongeveer 10 minuten in beslag neemt.
Het IFBE is onder andere geïmplementeerd in het Forensisch Psychiatrisch Centrum Dr. S. van Mesdag, één van de grootste tbs-instellingen van Nederland. De data voor dit proefschrift zijn op naturalistische retrospectieve wijze verzameld in deze instelling. De psychometrische kwaliteiten van het IFBE voldoen aan meerdere criteria opgesteld door de Commissie Testaangelegenheden Nederland (COTAN). Dit impliceert dat het IFBE een veelbelovend instrument is om te gebruiken in de Nederlandse forensische psychiatrie. Op basis van de scores op het IFBE zijn patiënten te verdelen in groepen met een hoog en laag risico op geweld op korte termijn in de instelling, wat informatief is voor risicomanagement doeleinden. Veranderingen in dynamische risico indicatoren (criminogene behoeften) van patiënten hebben geen meerwaarde bovenop de laatste meting van het IFBE voor het voorspellen van geweld op korte termijn. De aanbeveling is daarom om regelmatig te blijven meten om het risico goed te monitoren.
Veranderingen gemeten met het IFBE zijn meer in overeenstemming met veranderingen in de aanwezigheid van geweld, dan het klinisch oordeel van de behandelaar. Behandelaars zijn over het algemeen positiever over de gemaakte verandering van de patiënt dan het IFBE laat zien. Het advies aan behandelaars is dan ook om met behulp van het IFBE, veranderingen vast te stellen in plaats van alleen op basis van het klinisch oordeel, omdat anders patiënten meer verantwoordelijkheden kunnen krijgen dan dat zij in werkelijkheid aankunnen, wat het risico op geweld verhoogt.
Concluderend laat dit proefschrift zien dat het IFBE zeer goed gebruikt kan worden als een efficiënt multidisciplinair forensisch ROM-instrument. Het IFBE kan helpen bepalen welke patiënten een risico vormen voor intramuraal geweld, het kan helpen bepalen welke factoren behandeld moeten worden om het risico op (intramuraal) geweld te verminderen en het IFBE kan de voortgang van de forensisch psychiatrische behandeling gestructureerd monitoren.
Original language | English |
---|---|
Qualification | Doctor of Philosophy |
Supervisors/Advisors |
|
Award date | 26 Nov 2020 |
Place of Publication | s.l. |
Publisher | |
Print ISBNs | 978-90-9033847-7 |
Publication status | Published - 26 Nov 2020 |