Abstract
Population Health Management unraveled
transformations towards sustainable health and wellbeing systems
Een vergrijzende bevolking, toenemende multimorbiditeit, technologische ontwikkelingen en veranderende behoeften aan preventie, zorg en ondersteuning, terwijl tegelijkertijd de financiële lasten en het tekort aan arbeidskrachten toenemen, maken verregaande aanpassingen noodzakelijk in
de manier waarop preventie, zorg en ondersteuning wordt geboden.
Hervormingsmodellen zoals Populatie Management, een term die in Engelstalige landen wordt geduid met Population Health Management (PHM), worden steeds vaker toegepast in het gezondheidsbeleid en in de praktijk. Regionale PHM- initiatieven spelen een steeds belangrijkere rol in de ontwikkeling naar een duurzaam gezondheidssysteem. Deze initiatieven erkennen dat, om grootschalige transformaties te implementeren, samenwerking in de regio tussen een breed scala aan stakeholders nodig is om de verbinding tussen de verschillende professionals, organisaties en de domeinen preventie, zorg en welzijn te versterken en te integreren, maar ook om de manier waarop de
gezondheidszorg wordt verleend te veranderen om zo het volledige scala aan gezondheidsdeterminanten aan te pakken en te bouwen aan meer vitale en gezondere gemeenschappen. Veel regio’s kampen echter met de vraag hoe PHM kan worden ontwikkeld. Dit proefschrift geeft vanuit een theoretisch en
praktisch perspectief inzicht in de aspecten die een rol spelen bij de ontwikkeling van PHM en hoe de implementatie van PHM in de praktijk kan worden bevorderd.
Vanuit een theoretisch perspectief heeft dit proefschrift aangetoond dat alhoewel de definities van PHM ruimte laten voor meerdere interpretaties voor de conceptualisering van PHM, acht componenten essentieel zijn voor de ontwikkeling van PHM: sociaal-maatschappelijke krachten, hulpbronnen,
financiën, persoonlijke relaties, wet- en regelgeving, de regionale markt, leiderschap en verantwoording. Elke component geeft inzicht in de specifieke strategieen die toegepast kunnen toepassen om PHM te versnellen en hoe en waarom dit zo is, inclusief de bijbehorende PHM theorieën.
Tesamen vormen deze componenten het theoretisch kader voor PHM, genaamd het Collaborative Adaptive Health Network (CAHN) raamwerk.
Het CAHN-raamwerk is gebruikt als bril om de ontwikkeling van negen regio’s die in 2013 door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zijn aangewezen als ‘proeftuinen PHM’ in kaart te brengen gedurende de periode 2014- 2018. Op basis van de ontwikkelingen in deze regio’s zijn acht
leidende principes geformuleerd die belangrijk zijn om een regionaal samenwerkingsinitiatief zowel qua structuur als proces goed in te richten. Onderwerpen die terugkomen in deze principes zijn bijvoorbeeld: een gezamenlijke visie, onderling vertrouwen, leiderschap, betrokkenheid van burgers, politiek draagvlak en een data- en kennisinfrastructuur. Door de Nederlandse ervaringen in een internationaal perspectief te plaatsen bleek dat bepaalde mechanismen zoals het creëren van
vertrouwen in een gezamenlijke visie en gezamenlijk eigenaarschap voor het bereiken van regionale doelstellingen, universeel zijn voor de ontwikkeling van PHM en waardevol voor andere regionale initiatieven, ongeacht de nationale context. Dit proefschrift geeft tevens inzicht hoe de leidende principes het beste kunnen worden vormgegeven en in welke fase van PHM-ontwikkeling welke
investeringen in de verschillende leidende principes moeten worden gedaan om de ontwikkeling naar een duurzaam gezondheidssysteem te bevorderen.
De proeftuinen die stapsgewijs hebben geïnvesteerd op de acht leidende principes boekten de meeste vooruitgang richting een duurzaam gezondheidssysteem. Voor een versnelling in de beweging naar een duurzaam gezondheidssysteem is de urgentie in het huidige zorgsysteem nog te laag gebleken. Bovendien heeft dit proefschrift aangetoond dat de overheid de juiste omstandigheden moet inzetten en faciliteren om de ontwikkeling van PHM nog verder te stimuleren. Zo zijn investeringen in een netwerkopbouw die het nationale en regionale niveau met elkaar verbindt nodig om de daadwerkelijke
behoeften in de regio naar boven te halen en vervolgens de systeemproblemen aan te pakken. Daarnaast zijn experimenten nodig met nieuwe bekostigingsmodellen en contracten die domein overstijgende samenwerking stimuleren en die meer gericht zijn op betere uitkomsten van zorg en
ondersteuning, als ook investeringen in leeromgevingen met een gezamenlijke data- en kennisinfrastructuur. Deze leeromgevingen dragen bij aan het verkrijgen van een beter inzicht in de gezondheid van de regionale bevolking en het delen van deze inzichten met de stakeholders in de regio, en stimuleren kennisontwikkeling en -deling binnen en tussen de regio’s. Deze investeringen
en experimenten zullen bijdragen aan een lerend gezondheidssysteem.
De resultaten van dit proefschrift maken duidelijk dat de interactie tussen praktijk, beleid en onderzoek en de interactie tussen centrale en decentrale sturing de spil is voor regionale initiatieven om PHM te stimuleren. Het proces in de regio's moet worden versneld om effectief en legitiem te zijn, en alle stakeholders, zowel op nationaal als regionaal niveau, hebben hierin een rol en verantwoordelijkheid. Daarnaast moet het ministerie van VWS de versnelling van de bewegingnaar een duurzaam gezondheidssysteem afdwingen.
transformations towards sustainable health and wellbeing systems
Een vergrijzende bevolking, toenemende multimorbiditeit, technologische ontwikkelingen en veranderende behoeften aan preventie, zorg en ondersteuning, terwijl tegelijkertijd de financiële lasten en het tekort aan arbeidskrachten toenemen, maken verregaande aanpassingen noodzakelijk in
de manier waarop preventie, zorg en ondersteuning wordt geboden.
Hervormingsmodellen zoals Populatie Management, een term die in Engelstalige landen wordt geduid met Population Health Management (PHM), worden steeds vaker toegepast in het gezondheidsbeleid en in de praktijk. Regionale PHM- initiatieven spelen een steeds belangrijkere rol in de ontwikkeling naar een duurzaam gezondheidssysteem. Deze initiatieven erkennen dat, om grootschalige transformaties te implementeren, samenwerking in de regio tussen een breed scala aan stakeholders nodig is om de verbinding tussen de verschillende professionals, organisaties en de domeinen preventie, zorg en welzijn te versterken en te integreren, maar ook om de manier waarop de
gezondheidszorg wordt verleend te veranderen om zo het volledige scala aan gezondheidsdeterminanten aan te pakken en te bouwen aan meer vitale en gezondere gemeenschappen. Veel regio’s kampen echter met de vraag hoe PHM kan worden ontwikkeld. Dit proefschrift geeft vanuit een theoretisch en
praktisch perspectief inzicht in de aspecten die een rol spelen bij de ontwikkeling van PHM en hoe de implementatie van PHM in de praktijk kan worden bevorderd.
Vanuit een theoretisch perspectief heeft dit proefschrift aangetoond dat alhoewel de definities van PHM ruimte laten voor meerdere interpretaties voor de conceptualisering van PHM, acht componenten essentieel zijn voor de ontwikkeling van PHM: sociaal-maatschappelijke krachten, hulpbronnen,
financiën, persoonlijke relaties, wet- en regelgeving, de regionale markt, leiderschap en verantwoording. Elke component geeft inzicht in de specifieke strategieen die toegepast kunnen toepassen om PHM te versnellen en hoe en waarom dit zo is, inclusief de bijbehorende PHM theorieën.
Tesamen vormen deze componenten het theoretisch kader voor PHM, genaamd het Collaborative Adaptive Health Network (CAHN) raamwerk.
Het CAHN-raamwerk is gebruikt als bril om de ontwikkeling van negen regio’s die in 2013 door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zijn aangewezen als ‘proeftuinen PHM’ in kaart te brengen gedurende de periode 2014- 2018. Op basis van de ontwikkelingen in deze regio’s zijn acht
leidende principes geformuleerd die belangrijk zijn om een regionaal samenwerkingsinitiatief zowel qua structuur als proces goed in te richten. Onderwerpen die terugkomen in deze principes zijn bijvoorbeeld: een gezamenlijke visie, onderling vertrouwen, leiderschap, betrokkenheid van burgers, politiek draagvlak en een data- en kennisinfrastructuur. Door de Nederlandse ervaringen in een internationaal perspectief te plaatsen bleek dat bepaalde mechanismen zoals het creëren van
vertrouwen in een gezamenlijke visie en gezamenlijk eigenaarschap voor het bereiken van regionale doelstellingen, universeel zijn voor de ontwikkeling van PHM en waardevol voor andere regionale initiatieven, ongeacht de nationale context. Dit proefschrift geeft tevens inzicht hoe de leidende principes het beste kunnen worden vormgegeven en in welke fase van PHM-ontwikkeling welke
investeringen in de verschillende leidende principes moeten worden gedaan om de ontwikkeling naar een duurzaam gezondheidssysteem te bevorderen.
De proeftuinen die stapsgewijs hebben geïnvesteerd op de acht leidende principes boekten de meeste vooruitgang richting een duurzaam gezondheidssysteem. Voor een versnelling in de beweging naar een duurzaam gezondheidssysteem is de urgentie in het huidige zorgsysteem nog te laag gebleken. Bovendien heeft dit proefschrift aangetoond dat de overheid de juiste omstandigheden moet inzetten en faciliteren om de ontwikkeling van PHM nog verder te stimuleren. Zo zijn investeringen in een netwerkopbouw die het nationale en regionale niveau met elkaar verbindt nodig om de daadwerkelijke
behoeften in de regio naar boven te halen en vervolgens de systeemproblemen aan te pakken. Daarnaast zijn experimenten nodig met nieuwe bekostigingsmodellen en contracten die domein overstijgende samenwerking stimuleren en die meer gericht zijn op betere uitkomsten van zorg en
ondersteuning, als ook investeringen in leeromgevingen met een gezamenlijke data- en kennisinfrastructuur. Deze leeromgevingen dragen bij aan het verkrijgen van een beter inzicht in de gezondheid van de regionale bevolking en het delen van deze inzichten met de stakeholders in de regio, en stimuleren kennisontwikkeling en -deling binnen en tussen de regio’s. Deze investeringen
en experimenten zullen bijdragen aan een lerend gezondheidssysteem.
De resultaten van dit proefschrift maken duidelijk dat de interactie tussen praktijk, beleid en onderzoek en de interactie tussen centrale en decentrale sturing de spil is voor regionale initiatieven om PHM te stimuleren. Het proces in de regio's moet worden versneld om effectief en legitiem te zijn, en alle stakeholders, zowel op nationaal als regionaal niveau, hebben hierin een rol en verantwoordelijkheid. Daarnaast moet het ministerie van VWS de versnelling van de bewegingnaar een duurzaam gezondheidssysteem afdwingen.
Original language | English |
---|---|
Qualification | Doctor of Philosophy |
Supervisors/Advisors |
|
Award date | 27 Nov 2020 |
Place of Publication | s.l. |
Publisher | |
Print ISBNs | 978-94-6167-434-0 |
Publication status | Published - Nov 2020 |