Abstract
Integratie van Nieuwkomers is een belangrijk beleidspunt op de politieke agenda van de EU. Een van de doelen van dit beleid is een adequate inschaling van de Nieuwkomers in het lokale onderwijssysteem of de lokale arbeidsmarkt. De onderhavige studie kan gezien worden als een exploratieve studie naar de mate waarin de inschaling van Nieuwkomers in het Nederlandse onderwijssysteem beïnvloed wordt door de compatibiliteit van de rollen (rol identiteit) van de kandidaat en de evaluator die besprekingen tot de inschaling van de competenties voert.
Op basis van beleidsanalyse en diepte interviews met informanten die betrokken zijn bij het waarderings- en plaatsingsproces, laten we zien dat het protocol om Nieuwkomers in te schalen in onderwijs systeem gebaseerd is op de implementatie van neoliberale subjectiviteit (het ideaal van de ‘entrepreneurial self’ du Gay 1996) waarbij gelijke kansen voorop staan. Vanuit dit model is de presentatie van de competenties (vaardigheiden, kennis en attitudes) de primaire verantwoordelijkheid van de kandidaat. De kandidaat kampt met zowel een taal barrière als het niet vertrouwd zijn met het Nederlandse onderwijssysteem. De taalbarrière wordt beslecht doordat de voertaal aangepast wordt aan de taalbeheersing van het Engels of Nederlands van de kandidaat. Maar de adequate inschatting van de competenties is voor een groot deel afhankelijk van een mengsel van institutionele discours (afzijdigheid en zelfbeschikking, Bourdieu 1991) en sociale en persoonlijke betrokkenheid (vertrouwdheid) als kandidaten hun studie ervaringen uit het verleden omschrijven om een bepaalde competentie toe te lichten (Campbell and Roberts 2007).
Hieruit volgt dat het wegstrijken van gaten in iemands onderwijscarrière, het traceren van competenties bureaucratisch mogelijk maakt (Iedema 2003) maar alleen dan als de aanpassing van de rol identiteit van de kandidaat gestuurd wordt vanuit de rol identiteit van de evaluator en als onderwijservaringen van de Nieuwkomer gekneed kunnen worden naar het classificatiesysteem van het (lokale) Nederlandse onderwijssysteem.
Op basis van beleidsanalyse en diepte interviews met informanten die betrokken zijn bij het waarderings- en plaatsingsproces, laten we zien dat het protocol om Nieuwkomers in te schalen in onderwijs systeem gebaseerd is op de implementatie van neoliberale subjectiviteit (het ideaal van de ‘entrepreneurial self’ du Gay 1996) waarbij gelijke kansen voorop staan. Vanuit dit model is de presentatie van de competenties (vaardigheiden, kennis en attitudes) de primaire verantwoordelijkheid van de kandidaat. De kandidaat kampt met zowel een taal barrière als het niet vertrouwd zijn met het Nederlandse onderwijssysteem. De taalbarrière wordt beslecht doordat de voertaal aangepast wordt aan de taalbeheersing van het Engels of Nederlands van de kandidaat. Maar de adequate inschatting van de competenties is voor een groot deel afhankelijk van een mengsel van institutionele discours (afzijdigheid en zelfbeschikking, Bourdieu 1991) en sociale en persoonlijke betrokkenheid (vertrouwdheid) als kandidaten hun studie ervaringen uit het verleden omschrijven om een bepaalde competentie toe te lichten (Campbell and Roberts 2007).
Hieruit volgt dat het wegstrijken van gaten in iemands onderwijscarrière, het traceren van competenties bureaucratisch mogelijk maakt (Iedema 2003) maar alleen dan als de aanpassing van de rol identiteit van de kandidaat gestuurd wordt vanuit de rol identiteit van de evaluator en als onderwijservaringen van de Nieuwkomer gekneed kunnen worden naar het classificatiesysteem van het (lokale) Nederlandse onderwijssysteem.
Original language | Dutch |
---|---|
Title of host publication | Dag van de Sociologie |
Publisher | Nederlandse Sociologische Vereniging |
Publication status | Published - 2012 |